Bad boys 4 live
Zakelijke gegevens
1. A. Bad boys for life.
B. Vrank Post
C. Noordhoff Uitgevers BV, Groningen/Houten, 2008, 128 bladzijden.
2. Samenvatting:
Hoofdstuk 1. gijzeling
Er wordt een gewapende overval in een bankkantoor gepleegd door Omar,een islamistische jongen. Hij gijzelt de werknemers en houdt er een onder schot mij zijn pipa (pistool). De gijzeling lijkt goed te gaan, tot er via de lift een jongen met een koffiekar (Joost) binnenkomt. De twee komen elkaar bekend voor.
Hoofdstuk 2. Oosterdel
3 jaar eerder: Als op afdeling C van jeugdinrichting Oosterdel een nieuwe dag aanbreekt, mag één van de jongens naar huis, de anderen moeten hem helpen zijn spullen te pakken. Omar baalt dat de jongen nu al weg mag en dat hij nog twee jaar moet blijven. Omar zegt dit hardop en er breekt een gevecht tussen de twee uit. Hierdoor moet omar 24 uur in de ‘afzondering’ zitten.
Hoofdstuk 3. Oosterdel
Als hij eindelijk vrijgelaten wordt ontmoet hij een nieuwe jongen: Joost. Joost mag van de begeleiding van Oosterdel niet zeggen waarom hij er zit, maar Omar zegt wel waarom hij hier zit: wegens bedrijging.
Hoofdstuk 4. Oosterdel
Het is voetbalavond op Oosterdel: afdeling A tegen afdeling C.H et gaat goed voor afdeling C:Joost is een echte ster. Daarom is er snel een vechtpartij waarbij Omar en Joost allebei aan mee doen. Ze worden allebei naar de afzondering gebracht.
Hoofdstuk 5. gijzeling
Joost gelooft niet dat Omar nu moslim is geworden en voor zijn volk wil opkomen. Daarom bedrijgt Omar hem en slaat hem met zijn pistool op zijn hoofd, waarna hij Joost op dezelfde manier gijzelt als de bankmedewerkers.
Hoofdstuk 6. Oosterdel
Als Omar en Joost allebei weer uit de afzondering zijn, kijken ze samen de film ‘Bad boys’ en vergelijken zichzelf met de hoofdpersonen. Omar vertelt Joost hoe hij vanuit Marokko naar Nederland is gekomen en in de Oosterdel terechtkwam.
Hoofdstuk 7. Oosterdel
Op school wordt Joost vergesteld aan Meriam. Zij vind hem al snel leuk schrijft hem een briefje. Joost vind dit leuk en schrijft een briefje terug.
Hoofdstuk 8. gijzeling
Omar laat een vrouw plassen in een ander kantoor en terwijl zij dat doet, vertelt hij de andere werknemers wat hij wil: vrijheid en verdraagzaamheid voor de islam. Joost komt bij uit zijn bewusteloosheid en lacht hem uit.
Hoofdstuk 9. Oosterdel
Omar, Joost en Meriam zitten op het schoolplein te praten over de toekomst. Omar gaat meisjes versieren. Joost en Meriam kijken hem aan en praten over hoe ver zij het zullen schoppen en hoe Omar zal blijven waar hij is namelijk een crimineel.
Hoofdstuk 10. Oosterdel
Als op bezoekersdag Omars moeder niet komt opdagen,klagen Omar en Joost bij elkaar over hun familie. Die van Omar laat hem in de steek en Joost is erin geluisd door zijn zus, die zegt dat hij hun buurmeisje heeft misbruikt terwijl dat helemaal niet zo is.
Hoofdstuk 11. gijzeling
Omar vertelt aan Joost waarom hij moslim is geworden, hoe hij tijdens zijn verlof een man ontmoette en zich ging realiseren in welke positie hij zich bevond. De politie onderbreekt hem door te bellen en Omar geeft aan wat hij wil: een gesprek met de minister-president en uitzending van een dvd die hih bij zich heeft.
Hoofdstuk 12. Oosterdel
Omar krijgt de kans om tijdens zijn verlof naar zijn familie te gaan, iets waar Joost jaloers op is. Samen met Omar praat hij over zijn rechtszaak en dat hij bang is om niet vrij te komen. Omar stelt hem gerust en verteld dat Nederlanders veel meer gematst worden dan Marokkanen en zegt ook dat hij zodra hij Oosterdel verlaten heeft, niet meer terug zal komen.
Hoofdstuk 13. Gijzeling
Omar vertelt hoe hij tijdens zijn eerste verlof met zijn broer en vrienden uitgung en ene Abdullah ontmoette. De volgende dag ontdekte Omar dat zijn broer bij een overval was doodgeschoten, iets waardoor zijn leven veranderde. Hij bleef contact houden met Abdullah, die hem les ging geven over de islam en op het rechte pad bracht. Tot Abdullah het land uit werd gestuurd, vlak na Omars vrijlating uit Ooster-del.
Hoofdstuk 14. Oosterdel
Op het schoolplein vertelt Meriam aan Joost hoe zij in Oosterdel is gekomen: ze had een slechte opvoeding en vluchtte uit pleeggezinnen zodat ze uiteindelijk jonge prostituee achter het raam werd opgepakt.
Hoofdstuk 15. Gijzeling
Omar vertelt dat hij zijn leven wilde verbeteren; hij ging werken, studeren en hij spaarde voor een reis naar Afghanistan om Abdullah op te zoeken. Het lukte, maar het kostte veel tijd om de man te vinden – die vervolgens doodziek bleek te zijn.
Hoofdstuk 16. Oosterdel
Omar en Joost hebben het over Meriam, dat Omar haar nog steeds wil terwijl Joost verliefd op haar wordt. Omar verteld dat hij alleen maar vrij wil zijn en niks anders.
Hoofdstuk 17. Gijzeling
Omar bracht de eerste nacht in Afghanistan door bij de doodzieke Abdullah en ze gingen de volgende ochtend met twee taxi’s naar Kabul. Ze werden onder schot genomen werden door Amerikaanse militairen en Omar zag de taxi met Abdullah erin exploderen.
Hoofdstuk 18. Oosterdel
Joost en Meriam worden steeds hechter. Joost zijn advocaat denkt dat er een grote kans is dat Joost wel vrij komt. Als Joost Omar spreekt, heeft Omar een string in zijn hand en zegt hij dat die van Meriam is. Hij is met haar naar bed geweest. Joost wordt kwaad en valt Omar aan. Hierdoor mag Omar niet op verlof.
Hoofdstuk 19. Gijzeling
Omar viel flauw in de woestijn en kwam terecht bij een kamp van verzetsstrijders. Daar werd hem vreselijke dingen verteld van de Amerikaanse soldaten.
Hoofdstuk 20. Oosterdel
Dankzij Omar weet Meriam nu waarom Joost in Oosterdel zit. Meriam gelooft dat hij schuldig is. Joost probeert haar uit te leggen dat het niet zo is. Bij een val komt hij bovenop haar te liggen en dat wordt gezien als aanranding.
Hoofdstuk 21. Gijzeling
Als Omar in het bankgebouw weer met de politie aan de telefoon is, bestelt hij pizza’s voor zichzelf en de gijzelingen.
Hoofdstuk 22. Oosterdel
Het is de dag van de rechtzaak; in de rechtbank vertelt de officier van justitie dat alle bewijzen tegen hem spreken en dat er getuigenissen zijn van mensen uit Oosterhel waaronder Omar.
Hoofdstuk 23. Gijzeling
Omar vertelt hoe hij in het verzetsstrijderskamp verliefd werd op de dochter van zijn verzorger en dankzij zijn verpleeg-kennis de persoon was om de mannen met hun verwondingen te verzorgen.
Hoofdstuk 24. Gijzeling
De pizzabezorger staat in de hal en Omar stuurt Joost erheen. Alles gaat goed en Joost verteld de jongen informatie over de gijzeling. Als Joost moet kijken of alles veilig is, komt hij gewapende agenten tegen die het juiste moment afwachten om het vuur te openen.
Hoofdstuk 25. Gijzeling
Omar zegt dat hij een prima leven had in het kamp, maar hoe hij na een tijdje zich bewust werd van een ramp. Het meisje op wie hij verliefd was, ging naar een bruiloft met een andere familie en kwam alleen terug met haar oom. De rest van de gasten waren tijdens het feest vermoord . De bruiloft was gefilmt en op de film was te zien hoe een amerikaanse tank de kerk aan flarden schoot. Door deze ellende ging Omar terug naar nederland om de mensen hier er bewust van te maken dat dit soort dingen niet kunnen. Omar wil dat de film voor acht uur word uitgezonden op tv, en als dat niet gebeurd, zal hij de hele etage laten ontploffen.
Hoofdstuk 26 Oosterdel
Joost vertelt hoe het is gegaan op zijn rechtszaak, dat hij tot nog twee jaar behandeling in Oosterdel word veroordeeld en daarmee zijn hele leven verpest is. Altijd werd hij in elkaar geslagen. Werkgevers wilden hem niet houden nadat ze erachter kwamen dat hij pedofiel was , zijn familie accepteerde hem niet meer. Ook Meriam bleef hem als pedofiel beschouw-en. Zijn leven is allang voorbij.
Hoofdstuk 27. Gijzeling
De tijd begint te dringen. Joost slaat Omar half buiten westen zodat de bankmedewerkers kunnen vluchten. Met een laatste bad boys for life drukt Joost dan op de knop aan Omars riem en laat de bom afgaan.
Omar gijzelt juist deze bank omdat die de amerikanen aan wapens helpt tegen de taliban.
3. Over de auteur:
De schrijver van dit boek is Vrank Post (18-01-1965). Hij werkt al ruim twintig jaar in de jeugdzorg. Daarom is dit een reden waarom hij dit boek heeft geschreven. Hij woont in Herugowaard en heeft twee zoons. Zijn eerste boeken kwamen in 2008 uit, dat waren ‘Mijn zwarte ziel’ en ‘Bad boys for life.
4. Over het boek:
A: Op de voorkant van het boek staat een stoere jongen die niet blij uit zijn ogen kijkt omdat zijn leven is verpest door de dingen die hij gedaan heeft. Hij baalt van het leven en dat hebben Omar en Joost in het boek ook.
B: Ja, hij heeft het boek geschreven voor zijn zoon. Omdat zijn zoon het een goed verhaal vondt, is Vrank een uitgever gaan zoeken.
C: Jeugdinrichting Oosterdel: Hier zitten Joost en Omar hun straf uit. Hier gebeuren ook de gebeurtenissen die zich vóór de bankoverval bevinden.
De Bank die de wapens van de Amerikanen sponsort: Hier gijzelt Omar de bankmedewerkers omdat die bank de wapens van de Amerikanen sponsort.
Afganistan: Hier probeert Omar Abdullah te vinden. Later komt hij hier ook nog in een verzetsstrijderskamp.
D: Het verhaal gaat over de gevoelens van Joost en Omar. Dus het perspectief is vanuit Joost en Omar geschreven.
E: Het boek heeft een gesloten einde, omdat alles is afgelopen, de vragen zijn beantwoord en er is niets om verder nog over te schrijven.
5. Leeservaringen
Onderwerp: Het onderwerp spreekt mij aan. Het gaat over dingen die nu ook allemaal gebeuren, de jeugd, de gevangenis. Dat zijn dingen die ik leuk vind om te lezen. Het verhaal heeft me wel anders aan het denken gezet want ik dacht dat het allemaal heel anders ging in de gevangenis, veel ruiger en dat je veel minder mocht. Ik had iets heel anders verwacht van het verhaal. Ik ben er niet anders over gaan denken. Het onderwerp komt goed naar voren in het verhaal. De gebeurtenissen zijn niet voorspelbaar en vooral het eind was voor mij verassend. Het deel dat over Afganistan ging werd duidelijk verteld en wat er de reden was voor Omar om de bank te gijzelen is ook goed verteld, het deel na de gevangenisstraf van Joost werd een stuk minder duidelijk verteld. Ik heb nog nooit een ander verhaal met hetzelfde onderwerp gelezen.
Gebeurtenissen: Het verhaal bevat veel gebeurtenissen waar je over na blijft denken. Er zit genoeg tempo in omdat het een niet-chronologische volgorde is. Ik denk dat dit verhaal over beide dingen gaat maar vooral over de gevoelens. De gebeurtenissen hebben niet echt indruk op me gemaakt behalve de gebeurtenis tijdens de bruiloft, dat vond ik wel heel erg omdat het in het echt ook kan gebeuren. De gebeurtenissen zijn dan ook heel geloof-waardig. Ze zijn niet erg voorspelbaar voor mij, maar misschien wel voor iemand anders. De gebeurtenissen zijn soms verassend maar soms ook orgineel. Er zijn geen gebeurtenissen die ik zou willen meemaken omdat het een vervelend verhaal is om mee te maken.
Personages: De hoofdpersoon is wel iemand die voor je gaat leven want hij komt op voor zijn volk. De andere personages een stuk minder. Ik kan me wel verplaatsen in de hoofd-persoon, maar het is niet iemand op wie ik zou willen lijken want ze hebben veel slechte eigenschappen. De ideen van de personen vind ik op het laatst wel goed want Omar komt op voor zijn volk maar aan de andere kant doet hij dit wel op een domme manier. Ze hebben me ook niet beinvloed en hebben me ook niet echt aan het denken gezet. Je komt wel genoeg te weten over Omar en Joost omdat je komt te weten wat ze denken. Je hoeft bijna niets in te vullen over het innerlijk de personages. Ik begrijp ze goed, want er wordt heel veel uitgelegd over de personages. Omar is veel veranderd door de lessen van Abdullah. Joost is niks veranderd en snapt Omar van geen kant. Ik vind de beslissing van Joost om de bom te laten ontploffen niet onbegrijpelijk, maar wel verassend.
Bouw: De gebeurtenissen volgen best logisch op elkaar. Het is spannend opgebouwd omdat je eerst een hoofdstuk over de gijzeling hebt een daarna weer eentje over de jeugdinrich-ting. Het heeft niet echt een ingewikkelde opbouw alleen aan het begin denk je van: waar gaat dit over? Want het begint gelijk met de gijzeling. Er zijn meerdere verhaallijnen en die zijn goed met elkaar verbonden. Het verhaal bevat heel veel tijdsprongen, want als je naar het volgende hoofdstuk gaat , dan spring je inneens drie jaar terug of vooruit. Het bevat ook terugblikken want Omar blikt vaak terug naar de tijd in Afganistan. Dat maakt het verhaal interessanter. Het slot past goed bij de gebeurtenissen want ze balen dat ze nog leven en willen daarom dood. Het is een plezierig slot, want anders word het boek te langdradig.
Taalgebruik: Het taalgebruik is geod en makkelijk te lezen. Soms snap je een woord niet en dan staat er nog een woordenboek achterin het boek. Het verhaal heeft niet echt beschrijvingen en daardoor kom je makkelijk door het boek heen. Het is dus een goed verteltempo. Er zitten heel veel dialogen in het verhaal daardoor leer je de personages beter kennen en dat vind ik plezierig.
6.Verwerkingsopdracht:
ABC tekst:
A: is voor Afganistan, daar is Omar heen gegaan.
B: is voor bitch, omar denkt dat meriam zijn bitch is.
C:is voor chillen, dat deden omar en joost vaak.
D:is voor djellaba, een kledingsstuk waarin omar de bank gijzelde
E:is voor ervaring, omar heeft veel ervaringen gehad
F:is voor fuck, dat woord zegt omar vaak
G:is voor goed, Joost was goed in voetbal en had bij Feyenoord kunnen zitten
H:is voor hosselaar, omar werd ook wel hosselaar genoemd omdat hij alles voor elkaar kreeg
I:is voor Insah’allah dat betekend: zo god het wil
J:is voor Joost
K:is voor Kabul, daar wilde omar heen als hij Abdullah gered had
L: is voor lijp, dat waren joost en omar
M: is voor Meriam, de vriendin van Joost
N: Nederland, het verhaal speelt zich veel af in nederland
O: is voor Oosterdel, de inrichting waar de jongens en meriam in zaten
P: is voor pistool, die had omar tijdens zijn gijzeling
R:is voor robba, dat betekend overval
S: is voor semtex, dat had omar aan zijn riem om zijn buik
T: is voor Temijer, dat betekend hoer en dat vond omar van meriam
U: Uitgeschakeld, Joost heeft zichzelf en Omar uitgeschakeld door de bom
V: is voor vechten, dat gebeurde veel op oosterdel
W: is voor Whollah, dat is een arabische vloek
Z: zelfvertrouwen, Omar heeft veel zelfvertrouwen